NatuurNieuws

En ons altijd weer boeit door Peter C. Meijer: ‘Kleine Plevier’

Carolus Linnaeus is degene geweest die een overzicht heeft gemaakt van alle soorten vogels en hun families. Hij gaf de soorten ook een Latijnse naam. De kleine plevier heet in het Latijn: Charadrius dubius. Gelukkig zijn er altijd mensen die geïnteresseerd zijn in de herkomst van namen. Charadrius is afgeleid van een woord dat de Griek Aristotelis al gebruikte voor een bruine vogel die vooral ’s nachts in moerassig gebied voorkwam. De deskundigen melden dat dit de Griel moet zijn. Linnaeus nam de betekenis over en benoemde een groep steltlopers Charadriidae. Deze groep heet in het Nederlands Plevieren. Hiertoe horen steltlopers met een korte
snavel zoals de zilverplevier, goudplevier, bontbekplevier, kleine plevier en kievit.

Als u in Frankrijk bent geweest of ook wat Frans hebt geleerd, dan zult u ‘il pleut’ herkennen voor ‘het regent’.
Plevieren zouden luidruchtiger zijn als het regent. Ik zou dit niet weten, want in de regen en ’s nachts vogels kijken is niet direct mijn hobby. De Latijnse naam ‘dubius’ klinkt als dubieus en dat komt doordat het verschil tussen de kleine plevier en de bontbekplevier altijd vraagt om extra aandacht. Het gele ringetje rondom het oog is een heel goed kenmerk voor de kleine plevier. De foto van deze vogel is genomen in de Dijkgatsweide tussen de Robbenoordbossen in door Otto de Vries.

Kijk ook eens op www.wierhaven.nl

Laat meer zien
Back to top button