De hete aardappelGeschiedenisLokaal nieuwsNieuws

12 Ruud Scholten

Dit keer gaat de reis van de Meerpeenreporter voor het aardappel-interview naar de Oudelanderweg. Hier resideren Ruud Scholten en zijn vrouw Monique in een prachtige woning in een heerlijke omgeving. Met vrij uitzicht op de landerijen. Het adres is op een steenworp afstand van Renze Bouthoorn, het vorige “slachtoffer”. Bij navraag blijkt dat de connectie niet slechts in de burensfeer ligt. Ruud: “Renze is ook de schoonvader van onze dochter Stacey!”. Ruud heeft bijna een perfect Meerpeen-profiel. Op 1 dag na is hij zijn hele leven al woonachtig in de Wieringermeer. “Tja, geboren als kaaskop in Alkmaar in het ziekenhuis, ik had daar zelf weinig invloed op” aldus Ruud.

Ruud komt ter wereld als Rudy Scholten in 1961. Voor de volledigheid (er zijn namelijk andere Wieringermeerders met dezelfde voor- en achternaam): “ik ben een zoon van Hennie Scholten Sr. en Vera Scholten-Hauwert en opgegroeid op een boerderij aan de Praamweg te Middenmeer. Het gezin bestond, naar goed katholiek gebruik, uit 8 kinderen: 3 meiden en 5 jongens. In chronologische volgorde: Heleen, Nico, Gerard, Marry, Harry, Rudy, Vera en Hennie. Ik zat wat in de achterhoede, dit had ook zijn voordelen. Mijn oudere broers en zussen hadden al het nodige voorwerk gedaan en indien nodig wat barricades omvergeduwd. Mijn moeder zorgde voor de opvoeding maar eigenlijk ben ik meer door mijn zussen opgevoed. Dat werkte prima. Ik had goed opgelet en kon mijn voordeel doen met het pad dat al enigszins geëffend was. Ook gingen we naar de kerk, ik ben nog jaren misdienaar geweest. Dat was best leuk, je had tenminste wat te doen en hoefde niet de hele tijd op een kerkbank stil te zitten. Bij trouwerijen kregen de misdienaars van het bruidspaar bovendien altijd wel wat snoep of een chocoladereep.

Ik heb een heerlijke, onbezorgde jeugd gehad. Er moest wel altijd gewerkt worden, daar zorgde vaders wel voor. Soms kwamen er vriendjes spelen vanuit het dorp maar dan moesten ze eerst even helpen met een klusje. Op een gegeven moment was het voor mij handiger om zelf naar het dorp te gaan om te spelen want sommige van mijn vriendjes kwamen steeds minder langs… Je kunt je voorstellen dat er met zo’n groot gezin op de boerderij altijd reuring was.

In mijn jonge jaren hadden we een gemengd bedrijf en later een agrarisch bedrijf van zo’n 16 bunder. Naast het harde werken was er ook ruimschoots tijd voor leuke dingen. Er werd gevoetbald met de buurtkinderen en gesleuteld aan brommers en auto’s. En gefeest. Aan de grote tuinfeesten waar mijn oudste broer Nico dan met zijn band STEN optrad zal menig Wieringermeerder nog herinneringen hebben. Doordat mijn broer met zijn band repeteerde bij ons op de boerderij en ze vaak hun instrumenten lieten staan kon ik ook af en toe stiekem even achter het drumstel kruipen en de gitaar of de bas ter hand nemen. Dat was de start van mijn muzikale aspiraties.

Nog even terug naar mijn schooltijd. Ik was vanwege mijn geboortemaand een vroege leerling. Na de Titus heb ik de LTS doorlopen. Aan studieadviezen werd er in die tijd nog niet veel gedaan. Ik was een boerenzoon, zo werd geredeneerd. Dan had je meer aan een praktische studie op de LTS dan naar de Mavo of Havo te gaan. Na de LTS gingen de meeste van mijn studiegenoten naar de MTS of MLS als vervolgopleiding. Ik heb er toen voor gekozen om nog een tussenjaar, wat ook gelijk het examenjaar was, naar de Dr. Ariens MAVO te Middenmeer te gaan. Dit ging mij opmerkelijk goed af. Ik moest alleen nog flink het vak Scheikunde inhalen, dat waren ze op de LTS vergeten te geven… Het werd een fantastisch schooljaar maar in alle eerlijkheid heb ik weinig uren met de neus in de boeken gezeten. Hierna moest er toch echt een studie gekozen worden en kwam ik in aanraking met het vak schoenhersteller. Ik vond dat een mooi ambacht en zo ben ik op de middelbare ambachtsschool in Rotterdam terechtgekomen. Deze opleiding, officieel een beroepsbegeleidende opleiding, duurde 3 jaar. Om 6.00 ’s morgens met de brommer naar Station Schagen en dan met de trein naar Rotterdam. Ik heb daar dus niet op kamers gezeten of zo. Toen ik mijn rijbewijs had gehaald ging ik met de auto naar Rotterdam. Een tomtom was er toen uiteraard nog niet en ik wist eigenlijk niet precies hoe ik nu met de auto bij de school terecht moest komen. Toen ben ik naar het station gereden en wachtte daar op de bus waar ik altijd mee naar school ging. Ik reed achter de bus aan en kwam zo op de plaats van bestemming. Daarna reed ik er blind naar toe, ik kan goed wegen onthouden.

Na met goed gevolg mijn opleiding te hebben afgerond werd ik filiaalhouder in loondienst. Op mijn 25e ben ik voor mezelf begonnen. Na een gedegen marktonderzoek viel mijn vestigingskeuze op winkelcentrum “De Broekerveiling” te Broek op Langedijk, waar het bedrijf Rudy’s Lederwaren werd opgericht. In diezelfde tijd ontmoette ik mijn huidige vrouw Monique, dus ook zij was vanaf het eerste uur betrokken bij ons bedrijf. De zaken gingen voortvarend en ik had de smaak van het ondernemen te pakken. Er kwam personeel in dienst en binnen een jaar werd een tweede en kort daarop een derde en zelf een vierde winkel aangekocht. Ook werd de focus van het bedrijf verlegd naar handel in koffers, tassen en lederwaren. Ik heb net de 60 jaar aangetikt en ons bedrijf Rudy’s Lederwaren bestaat inmiddels 35 jaar, onze oudste dochter Nicky werkt inmiddels ook al jaren mee in de zaak. Velen weten de weg naar onze winkel te vinden waaronder ook menig Wieringermeerder. Altijd leuk en gezellig met een praatje.

Hoe kwam ik op de Oudelanderweg terecht? Zo’n 35 jaar geleden zocht mijn toenmalige buurman Eddie Kerckhaert huurders voor de arbeiderswoning en na een kennismaking waren wij degene die het huis mochten huren. Na een proefperiode kregen we te horen dat we het ook wel mochten kopen en zo hebben we er ons paradijsje van gemaakt. Met onze dochters Nicky en Stacey hebben we er altijd met veel plezier gewoond.

Muziek en Carnaval. Het feesten is ons met de paplepel ingegoten.  Mijn vader heeft jaren in de Raad van 11 van de Meerkoetelaars gezeten, hij is zelfs 2 keer Prins geweest. Ik heb zelf ook 5 jaar als raadslid mogen meedraaien en de Koetelburcht bewaakt. Een geweldige tijd maar de muziek heeft het toch gewonnen. Ik heb door de jaren heen in verschillende bands gepeeld.  Met onze gelegenheidsfeestband “Bouwbedrijf de Groot“  hebben we het carnavalsfeest diverse keren mogen opluisteren. De laatste keer was dat op de After Work-Party in 2020 bij Prins Paljas 1/3. Het was een groot succes. Vlak hierna viel helaas alles stil door de Lockdown van de Coronacrisis. Wie weet kunnen we in een volgend ludiek jaar weer wat van ons laten horen met de band”.

 

 

Laat meer zien
Back to top button