En ons altijd weer boeit door Peter C. Meijer: ‘Luddevedu’ (265)

Misschien herkent u het woord in deze kop. In mijn vroegere jaren waren er jongens (mogelijk ook meisjes) die ‘liefdesverdriet’ hadden. Wij probeerden dit te verzachten met de term ‘luddevedu’. Veel compassie met een vriend die er aan leed, was er niet. ‘Er zijn meer mesjes dan kerken’, zei mijn goede vader. Of dit nu hielp bij de verliefde pubers, weet ik niet. Die ervaring heb ik nooit gehad. Wel een enkele verliefdheid, maar tot de vrouw van mijn leven voelde ik mij direct aangetrokken. Eind van dit jaar al zestig jaar in de echt en in mei kennen wij elkaar 63 jaar.
Dan hoor ik al weer weken een Turkse Tortel. Hij – want het is natuurlijk een mannetje- probeert met zijn oe-oe-oe-oe enz. een vrouwtje te lokken. Achter op de daken van de Penhoorn en ook aan de Mossel laat hij zich horen. Dat begon al halverwege Januari. Mogelijk zijn er mensen die dit geluid niet zo waarderen, maar denk dan aan uw jeugd en de ‘paringsdansen’ die wij uitvoerden om een partner te krijgen. Dat dit vroeg in het jaar al begint, komt natuurlijk door het feit dat deze duif wel vijf keer per jaar kan broeden.
De soort is vanaf het begin van 1900 vanuit de Balkan naar ons gekomen. Pas in 1950 werd het eerste broedsel bij Oldebroek geconstateerd. Sindsdien is de soort in Nederland overal waar de mens is. En daar kun je ze horen en ze broeden er.
De Latijnse naam is Streptopelia turtur Linnaeus. Het eerste gedeelte betekent Ringduif. Het tweede deel is een zogenaamde onomatopee. De soort is vernoemd naar het geluid dat ze maken. Net als de Grutto en de Koekoek.
Laatste nieuws: Ik zie af en toe twee Turkse Tortels. Heeft het mannetje dus succes met zijn roepen? De foto is gemaakt op 24 februari 2024 aan de Mossel in Middenmeer door de auteur.
